De Wmo-Adviesraad Amsterdam spreekt in dit advies haar voorkeur uit voor de vorm waarin deze pilot uitgevoerd zal worden. Wij motiveren onze keuze voor één van de drie voorgestelde scenario’s.
.
Onderwerp:
Gevraagd advies inzake het project ‘Vormgeven pilot Hulp bij huishouden’. Onderdeel van project Beschikken op Maat
Datum: 27 september 2024
Geachte heer Scholtes,
Hierbij reageert de Wmo-Adviesraad Amsterdam op de door u voorgelegde drie scenario’s voor het vormgeven van een pilot ‘Beschikken op Maat / Hulp bij huishouden’.
De raad is blij met de geboden mogelijkheid om zich uit te spreken over de verschillende scenario’s. die op dit moment worden onderzocht om verder uit te werken. De raad stelt het op prijs dat Ben Booij en Stefan Carr op 17 september jl. een toelichting zijn komen geven tijdens onze vergadering. Het is voor de adviesraad een vruchtbare manier van werken, wanneer wij al in een vroeg stadium betrokken worden bij ontwikkelingen en veranderingen in beleid rondom de Wmo. Vanuit onze kennis en betrokkenheid bij de Amsterdammers en Weespers, die wij vertegenwoordigen, is het onze taak om cliëntervaring mee te laten wegen bij beleidsontwikkelingen.
Wij geven hieronder een korte toelichting op de door ons voorziene voor- en nadelen van alle drie de scenario’s. Het doel van de pilot is, zoals wij begrijpen, om duidelijkheid te verschaffen aan de cliënt over de geboden hulp, in plaats van de nu gebruikte vorm ‘resultaat gericht’. Bij alle drie de scenario’s hebben wij de client, en dus ook de duidelijkheid die geschapen wordt voor de cliënt, centraal gesteld.
Het advies van de Wmo-Adviesraad Amsterdam is, om de pilot vorm te geven vanuit scenario drie. Dit scenario geeft als enige concreet weer wat de cliënt kan verwachten.
Scenario 1: één basisomvang voor iedereen (conform aangekondigd in raadsinformatiebrief)
- Dit scenario voldoet o.i. niet aan de redenen om de pilot in te voeren. De onduidelijkheid blijft voor de cliënt onveranderd. Wat er gegeven wordt aan hulp, wordt pas duidelijk wanneer de cliënt deze gegevens opvraagt.
- Wij onderschrijven de bezwaren die raadslid van Pijpen noemt:
- De basisomvang wijkt vaak wel heel erg af van wat de cliënt echt zou moeten krijgen.
- Zo’n basisomvang, hoe goed je het ook bedoelt, is de eerste stap naar afschalen, waarbij de basisomvang de standaardomvang wordt.
Scenario 2: twee verschillende zwaarte van basisomvang: licht en middelzwaar
- Deze vorm geeft de cliënt meer duidelijkheid dan Scenario 1. Echter, de gemeente heeft deze vorm afgewezen, omdat de vorm niet aansluit bij de huidige praktijk, dat Hbh nu zelfstandig wordt afgehandeld door de aanbieders. Er is geen aanleiding om deze werkwijze te veranderen. Om deze reden laten wij deze vorm nu verder buiten beschouwing
- Mocht deze vorm toch nader onderzocht worden, dan lijkt het de Wmo-Adviesraad Amsterdam wenselijk om uit te gaan van drie categorieën, namelijk ‘licht’, ‘middel’ en ‘zwaar’.
- Over het risico op overschrijding wettelijke doorlooptermijn: de Wmo-Adviesraad behartigt de belangen van cliënten die zorg nodig hebben. Zorg vraag je niet zomaar aan. Overschrijden van de wettelijke doorlooptijd is altijd ernstig.
Scenario 3: de omvang toekennen die aanbieders in de praktijk gaan inzetten.
- Dit scenario geeft de meeste duidelijkheid aan alle drie de betrokken partijen: de cliënt, de gemeente en de aanbieders. Alle partijen weten wat ze kunnen verwachten.
- Onduidelijk is nog, hoe een cliënt kan handelen bij het maken van bezwaar tegen een beschikking. Dat dient nog verduidelijking.
- In de praktijk wordt er al wel op deze manier gewerkt door een enkele zorgaanbieder. De eerste ervaringen hiermee zijn positief.
De Wmo-Adviesraaad Amsterdam is uiteraard beschikbaar, om verdere informatie of toelichting te geven over het hier door ons uitgebrachte advies.
Met vriendelijke groet, namens de Wmo-Adviesraad Amsterdam,
Marianne Kraaijeveld, voorzitter.